Redactie
10 augustus 2019, 09:32
Er zijn fotografen die zweren bij hun primes en niet moeten denken aan het gebruiken van een zoomlens. Aan de andere kant zijn er ook een heleboel fotografen die niet zonder hun trouwe zoomlens zouden kunnen. Waarmee kun je het beste beginnen als je nog voor die keuze staat?
Als je serieus wilt gaan fotograferen, dan kom je onherroepelijk voor deze keuze te staan. Neem je een zoomlens of een lens met een vaste brandpuntsafstand? Zoals zoveel zaken in het leven is ook deze kwestie niet met één antwoord opgelost. Zowel de zoomlens als de prime heeft haar eigen voor- en nadelen.
Een zoomlens geeft je de mogelijkheid om in- en uit te zoomen op je onderwerp terwijl je zelf op dezelfde plek blijft staan. Met zo’n lens heb je dus meerdere brandpuntsafstanden in één, die je doormiddel van een zoomring op de lens kunt selecteren. Een lens met een vaste brandpuntsafstand (ook wel: prime) heeft maar één brandpuntsafstand en is dus alleen maar op die manier te gebruiken. Een zoomlens is dus veelzijdiger dan een lens met een vaste brandpuntsafstand. Met zo’n prime heb je niet de keuze voor een andere beeldhoek of een ander perspectief. Sta je met een 50mm voor een kerktoren, dan lukt het je niet om bijvoorbeeld het weerhaantje op de top beeldvullend in beeld te brengen. Met een zoomlens lukt je dat misschien – mits je natuurlijk ver genoeg in kunt zoomen.
Een zoomlens
Op het eerste gezicht zou je zeggen dat een zoomlens méér biedt, vaak voor minder geld. Dat klopt ook, want je hebt gewoon méér mogelijkheden. Dat is een voordeel, maar tegelijkertijd ook een nadeel. Een zoomlens maakt je soms wat ‘lui’, want doordat je overal toch wel op in kunt zoomen ga je niet op zoek naar bijzondere standpunten of andere perspectieven. Met een prime doe je dat wel, want je kunt niet anders. Een prime kan daarentegen ook beperkend werken, omdat je daarmee misschien niet het volledige potentieel van je camera gebruikt en fotomomenten moet laten liggen. Wil je graag ‘spelen’ met scherpte en onscherpte in je foto’s, ga dan voor een lichtsterke prime. Betaalbare zoomlenzen zijn hier vaak een heel stuk minder geschikt voor, door de minder goede lichtsterkte.
Kwaliteit
Vaak worden camera’s aangeboden in combinatie met een kitlens. Deze kitlens is vaak een zoomlens, meestal met een standaard tot middellange brandpuntsafstand. De aanschaf van zo’n kit is vaak een voordelige aangelegenheid. Ben je er wel van bewust dat zo’n kitlens vaak geen uitblinker is. Dat is ook het nadeel van veel zoomlenzen. De veelzijdigheid van betaalbare zoomlenzen komt soms met een keerzijde: de kwaliteit. Een goedkope zoomlens is vaak een ‘compromis’ en levert niet de optische kwaliteiten van een qua brandpuntsafstand gelijke prime.
Een prime is vaak beter van kwaliteit doordat men bij de ontwikkeling volledig focust op de optimale kwaliteit bij één brandpuntsafstand. Ook zijn primes vaak lichtsterker dan zoomlenzen, zeker in het instap-segment. Betaal je een stuk meer, dan zijn er ook zoomlenzen te koop die optisch prima presteren en fraai lichtsterk zijn.
Een primelens
Conclusie
Wat is nu het beste: beginnen met een prime of met een zoomlens? Dat ligt aan je eigen smaak en wensen. Wil je veelzijdigheid en geef je minder om optische perfectie? Dan is een betaalbare zoomlens prima geschikt. Kies je liever voor uitdagend werken met maar één kwalitatieve brandpuntsafstand en wil je spelen met de scherpte? Schaf dan een prime aan.
