Er zijn genoeg gelegenheden waarbij je er met de kinderen op uittrekt en je de camera juist wél meeneemt. Wat stop je dan in je cameratas en hoe ga je op locatie te werk bij het maken van kinderportretten in een ongedwongen reportagestijl?
Ga je een dagje naar de dierentuin of het strand, of maak je een mooie wandeling door het bos of over de heide, dan gaat jouw spiegelreflex of systeemcamera vast en zeker mee. Dit soort gelegenheden zijn uitermate geschikt om de reportagestijl toe te passen. Terwijl de kinderen zich lekker vermaken, kun jij je heerlijk uitleven met de camera. Dat hoeven trouwens niet per se je eigen kinderen te zijn. Het kan net zo goed om het kroost van familie of vrienden gaan.
Wat leg je vast?
Vanwege de reportagestijl is ook nu weer het idee om kinderen zoveel mogelijk hun eigen gang te laten gaan en ze niet bij te sturen omwille van de foto. Daarom is het wederom zaak om je ogen en oren goed open te houden, zodat je potentiële fotomomenten op tijd opmerkt. Want als reportagefotograaf is het vooral belangrijk dat je leuke, grappige en bijzondere momenten tijdig opmerkt. Want wat je niet ziet, kun je ook niet vastleggen.
Kijkt iemand jou afwachtend aan, benadruk dan dat ze vooral hun eigen gang moeten gaan en niet op jou moeten letten. Na een tijdje weten ze niet beter en gaat het vanzelf goed.
Leuk uitje? Dan gaat de camera vast mee!Create & TrendsCanon 5D IV · ISO 500 · F 2,8 · 1/160 SEC · 200 MM
Lenskeuze
Om kinderen buiten vast te leggen komt zowel een standaard zoomlens als telezoomlens goed van pas. Dat mag natuurlijk ook een objectief met vast brandpunt zijn, dus zonder dat je kunt zoomen, maar daarmee ben je wel wat beperkter in je mogelijkheden.
Een lens met standaardbereik (bijvoorbeeld 18 tot 55 mm) is ideaal op plekken waar het wat krapper is en daarnaast om context toe te voegen. Context houdt in dat je een interessant stukje van de omgeving meeneemt in het beeld, zodat je laat zien waar een kind zich bevindt en wat er gebeurt of aan de hand is. Daar komen we zo op terug.
Een telelens is ideaal om een kind te isoleren op plekken waar het erg druk is, maar ook om via de kleinere beelduitsnede alleen het meest relevante stukje van de omgeving te tonen. Ben je bijvoorbeeld in de dierentuin, dan kun je met een telelens prima een kind samen met dieren fotograferen die zich een stuk verderop bevinden. Met een telelens wordt de achtergrond dichterbij gehaald, en lijkt die dus groter. In dat geval moet je vanwege de kleinere scherptediepte wel kiezen of je het kind of juist dat dier volledig scherp op de foto zet.
Op rustigere plekken en ook waar de dieren lekker dichtbij zijn, komt de standaardlens weer in beeld. Bij de altijd schattige meerkatten bijvoorbeeld, of op de kinderboerderij. En ook in een bos en op de heide, waar je meestal ook de mooie omgeving wilt laten zien, komt zo’n standaardlens goed van pas. Dankzij de grotere beeldhoek heb je als kijker echt het idee dat je erbij aanwezig bent en zowel kinderen als dieren als omgeving kunnen ditmaal voldoende scherp zijn als je dat wilt.

Met een groothoekbereik (hier 35 mm) voeg je context toe en vertel je een verhaal.Jorinde SchaapmanCanon 6D · ISO 100 · F 4,5 · 1/320 SEC · 35 MM
Maak actieve foto’s
Omdat het om kinderportretten gaat en niet zozeer om dierentuinfoto’s, is het belangrijk dat je oog hebt voor zowel de omgeving als het kind. Dat geldt ook wanneer je in een bos bent, op de heide, langs de kust, of wanneer je van een tulpenveld geniet.
Probeer verder om actieve foto’s te maken, in plaats van dat een kind passief in beeld staat. Druk dus liever af terwijl hij of zij iets doet, zichtbaar van de dieren of het uitzicht geniet, een gebaar maakt, een berg zand of stapel herfstbladeren de lucht in gooit, er eventjes een verwonderde of verraste blik verschijnt en ga zo maar door. Daarmee maak je jouw foto’s een stuk levendiger dan wanneer iemand met een neutrale of zelfs verveelde blik een beetje voor zich uit staart. Wat op zich ook best een prima kinderportret kan zijn: als dit het moment is dat jij wilt vastleggen.
Foto’s waarop iets gebeurt spreken het meest. Dat kan ook simpelweg een mooie blik zijn.Thierry GoovaertsNikon D750 · Exif onbekend
Wat gebeurt hier?
Wil je meer de nadruk op de omgeving leggen, dan werkt het wel goed om wat meer naar achteren te staan. Breng het kind dan bijvoorbeeld onscherp(er) of als silhouet in beeld en gebruik dit om de aandacht het beeld in te leiden. Dat kun je ook prima vanuit allerlei andere hoeken doen via de richting waarin een kind kijkt, loopt of wijst.
Ga regelmatig een paar passen opzij, naar voren of naar achteren tijdens het fotograferen. Dat heeft een grote impact op hoe je de voorgrond en het kind vastlegt in verhouding tot de achtergrond. Schiet lekker veel foto’s, je kunt achteraf op je computer dan nog wel de beste uitkiezen.
Een beetje bijsturen mag
Je kunt ook sturen via de spullen die je meeneemt of door op voorhand bijpassende kleren aan te laten trekken. Waardoor het misschien lichtjes naar een fotoshoot neigt, maar wel zonder dat het er al te dik bovenop ligt of op de foto te zien zal zijn. Bij een wandeling door een herfstbos neem je bijvoorbeeld een mooie mand mee, zodat de kinderen herfstbladeren, kastanjes en eikels kunnen verzamelen. Ga je naar het strand, dan is de uitdaging om zoveel mogelijk schelpensoorten en slakkenhuizen te vinden een optie. Of jongere kinderen nemen schepjes en emmertjes mee om geulen te graven en zandkastelen te bouwen.
Dankzij dit soort leuke bezigheden is iedereen actief bezig en maak je natuurlijke en actieve kinderportretten, wat reportagefoto’s altijd ten goede komt. Uiteraard doe je zelf ook mee, terwijl je ondertussen wat plaatjes schiet. Breng het wel steeds als een voorstel en niet als verplichting. Want als kinderen het gevoel krijgen dat je het alleen maar doet omdat er weer eens zo nodig foto’s gemaakt moeten worden, werkt het averechts.
Neem gerust wat attributen mee, of kleed je kind voor de gelegenheid.Rosa KluytmansSony A7 III · ISO 500 · F 4 · 1/160 SEC · 105 MM
Spelen met scherpte
Via je lenskeuze, het diafragma én de plek waarop je scherpstelt, bepaal je wat er wel en niet scherp op de foto komt. Scherpstellen doe je natuurlijk op het belangrijkste onderwerp van je beeld. Dat zal meestal het kind zijn. Soms is het iets anders in de omgeving, zoals een dier in de dierentuin of op de kinderboerderij, een schitterende boom op de paarse heide of een vuurtoren achter een duinenrij.
De keuze van het diafragma en het type objectief bepaalt vervolgens hoeveel scherptediepte je rondom dat scherpstelpunt hebt. Om meer scherptediepte te krijgen (dus om een groter deel van je foto scherp te hebben) kies je een kleinere lensopening en dus een hogere diafragmawaarde. Denk aan een diafragma van F 8 of F 11. Wil je alleen een specifiek deel van het beeld scherp hebben en de rest waziger, kies dan een grote lensopening met bijbehorende lage waarde, zoals F 2,8 of zelfs F 1,4.
Aanvullend hierop ervaar je uitgezoomd (op bijvoorbeeld 35 mm) een grotere scherptediepte en bij sterk inzoomen (op bijvoorbeeld 200 mm) juist een kleine scherptediepte.
Je bepaalt zelf hoeveel omgeving je meeneemt en in hoeverre dit scherp is.Sofie van EngelandtExif onbekend
Helderheid bijstellen
Zijn er veel donkere elementen in je beeld aanwezig, dan moet je er bij het belichten rekening mee houden dat je camera jouw foto’s dan automatisch lichter maakt. Omdat er veel donkere elementen zijn, komt de ‘gemiddelde’ belichting dus al snel wat te licht uit. Je hebt daardoor kans dat de wat lichtere delen (bijvoorbeeld waar het aanwezige licht op het gezicht van het kind valt) té licht worden.
Je kunt dit zelf met de belichtingscompensatie corrigeren. Gebruik bijvoorbeeld een belichting van -1 om te voorkomen dat dit alles te licht wordt vastgelegd.
Andersom reflecteert een door de zon verlicht strand enorm veel licht. Dat ziet jouw camera als signaal dat het de foto een stuk donkerder moet vastleggen. Dat kun jij vervolgens weer oplossen door met zoiets als +1 de foto weer helderder te krijgen. Zo voorkom je dat een zonnige stranddag veel te grauwe foto’s oplevert. Dit werkt zowel in de P-, Av-, als de Tv-stand en bij de meeste camera’s ook in de M-stand zolang je Auto-iso aan hebt staan.
Stel je liever alles handmatig in? Geen probleem, met een andere diafragmawaarde, sluitertijd, of iso-waarde bereik je precies hetzelfde. Via het belichtingsbalkje in de zoeker of op het scherm zie je vanzelf wanneer je op bijvoorbeeld -1 of +1 uitkomt volgens de ingebouwde lichtmeter.
Hier is de lichtbalans precies goed: zowel het meisje als de omgeving zijn netjes belicht.Mirna FotografieCanon 6D